inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1859 - 1881

poëzie (nr. 4.667):

Nacht

't Is zomer-nacht. De glinsterende stoeten
Der starren wijken róndom, eindloos-diep; -
't Was, of de stilte plechtig tot mij riep:
'Bid! op de starren rusten Godes voeten!'....

Ik weet, ik weet niet, wie de wereld schiep,
Of ze is geschapen, of we aanbidden moeten,
Wat wij als Leven, Ziel of God begroeten, -
Of eeuwig slapen zal, wat eeuwig sliep!

Daar tjuikt de nachtegaal zijn teder lied,
Tevreden, dat hij 't klagend lied mag zingen,
Waarom hij zingt, dat weet de zanger niet;

Wat rusten kan, voelt zich de rust doordringen,
Ook ik. Ik weet niet, wat ik denken moet,
Doch voel het: wie tevreden is, is goed.

Mathilde

Schrijver: Jacques Perk
Inzender: Redactie, 8 juli 2022


Geplaatst in de categorie: welzijn

4.0 met 34 stemmen aantal keer bekeken 2.844

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)