inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1863-1919

poëzie (nr. 4.852):

Zwevend op winden waait de zee door 't duin

Zwevend op winden waait de zee door 't duin,
En 't zout blijft achter in 't diep-koele zand;
Geen bloemengloed, geen groen van sapp'ge plant
Kleurt 't bleke egaal van vér-zichtbare kruin;

Maar 't water, neerfilt'rend, doet, tuin naast tuin,
Laaien van tulpenrood 't wijdvlammend land,
En ruist als bossen op, tot waar de rand
Vaal is door helm en ziek'lijk struikenbruin:

Stormend door open mensenleven, laat
De Godheid bloemloos 't oppervlak, waar 't zaad
Van blijdschap sterft, door lang verdriet geschroeid;

Tot ondergrondse zuiverheid vervloeid,
Herrijst Ze als 't rijk van schijn en rijm en maat,
Waar 't Denken tulpt en lovert, ruist en gloeit.

Brahman, deel II, p. 273(1919)

Schrijver: J.A. dèr Mouw
Inzender: Redactie, 6 februari 2023


Geplaatst in de categorie: literatuur

4.0 met 14 stemmen aantal keer bekeken 2.400

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)