inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1876-1931

poëzie (nr. 434):

Wat een vrouw spreekt

Dat ik slagpen en wiekdons derve,
En langzaam door het stof moet zwerven,
Is dit uw grief?
Mijn man, gij kunt in mij niet roemen
De reine zorgloosheid der bloemen,
Heb mij toch lief!

Van zonglans,sneeuwdans, wind en weder
Mis ik de vlucht, de losse veder,
Het luide lied;
Ach, wat tot tranen roert, 't onschuldige
Dier nooit verzochte godsgeduldige,
Het siert mij niet.

En toch gij zoekt bij rozen, merels,
Hemel en sneeuw vergeefs twee perels:
Deernisse, smart;
Man, buig u dat gij beide vinde,-
Menselijk geschenk van een beminde,-
In mijn arm hart.

Verzamelde gedichten

Schrijver: Aart van der Leeuw
Inzender: adm, 23 april 2004


Geplaatst in de categorie: liefde

3.0 met 22 stemmen aantal keer bekeken 2.376

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)