Holland
Wat zijt gij klein Holland
Met al uw velden en vlakke wegen,
Met uw rampzalige aardappellanden,
En uw vreeslijk droefgeestige regen,
En uw lage goedaardige stranden - -
Maar groot toch is de zee Holland,
Waaraan gij langzaam zijt verschenen,
Waaruit ge als een schelp zijt geboren,
Die zingt door uw hele land henen,
Dat elk in zijn ziel haar kan horen!
Och wat zijt gij klein Holland
Met uw simpele wilgebomen,
Met al uw kleine kabblende plassen,
En die paar platte gemaklijke stromen,
En uw bloemen en tamme gewassen - -
Maar groot toch is uw hemel Holland
Met zijn mateloze klaarten,
Met al zijn oneindige kleuren,
En die verandrende wolkengevaarten,
Waarmee grote dingen gebeuren!
Och wat zijt gij klein Holland
Met uw verlegen zwijgende mensen,
En al uw langzame stille levens,
En al uw vele denkbeeldige grenzen,
En o! met nergens ooit iets verhevens - -
Maar groot toch is uw volk Holland,
Verwant aan uw heerlijk verleden,
Dat tussen uw heemle' en zeeën bleef groeien,
En tussen die wisslende eeuwigheden
Zich bereidt om opnieuw te gaan bloeien!
Eenzame liedjes (1906)
Schrijver: C.S. Adama van ScheltemaInzender: Redactie, 7 november 2019
Geplaatst in de categorie: landschap