O, dat ik haten moet en niet vergeten!
O, dat ik haten moet en niet vergeten!
O, dat ik minnen moet en niet vergaan!
Ach! Liefde-in-Haat moet ik mijzelve heten,
Want geen kan de andere in mijn hart verslaan.
In droef begeren heb ik neergezeten,
In dreigend gillen ben ik weer opgestaan...
Wee! Dat ik nooit dat bittere brok kon eten,
Van stil te zijn en héél ver weg te gaan.
Eén hoop slechts, één, één enkel zoet vermenen,
Eén weten, maar ik kàn het niet geloven...
Ach, dit: dat rusten onder groene stenen
Een eeuwig rusten is, in één verdoven,
En dat de doden niet in 't donker wenen
Om 't zoete leven met hun lief daarboven.
------------------------------
uit: Verzen (1894)
Inzender: Redactie, 17 januari 2024
Geplaatst in de categorie: emoties