inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1896-1928

poëzie (nr. 711):

Ik sta nu eenmaal voorbij de grens

Ik sta nu eenmaal voorbij de grens,
Aan dewelke ieder normaal mens
Moet stilstand houden.
Een vriend heeft me onlangs verweten,
Dat ik buiten het normale, - volgens hem het goede - ben getreden.
Maar het lot, - of wie? - heeft het zo gewild,
Want het heeft mij het ongewone voorbehouden.
Niet ik ben ongewoon, maar wel mijn levenslot.
Bij mijn vrienden heb ik steeds het grootste verlangen gekend

Om een schone liefde, in de nieuwe Lente,

Maar mijn liefde ontstond
Op een Herfstavond,
Mijn grote liefde, even buiten de stad,
In het wijde park, toen het door de mensen, - de gewone dan? - gans verlaten was.
Mijn liefde groeide sterker in de koude Winter, -
Enkel zeer mooie bloemen groeien dan. -
Daarom is mijn liefde ook oneindig schoon,
Al is zij, - 't spijt mijn vriend misschien, - ook ongewoon.

music-hall(1916)

Schrijver: Paul van Ostaijen
Inzender: adm, 1 juli 2005


Geplaatst in de categorie: liefde

3.0 met 16 stemmen aantal keer bekeken 3.180

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)