inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1849 - 1907

poëzie (nr. 5.094):

Uit mistig grijze morgenstrepen

Uit mistig grijze morgenstrepen,
Een onbewogen meer gelijk,
Verschijnen vormeloze repen:
't Zijn bomen op een hoge dijk.

Nu 't lichter wordt, zie ik iets blinken
Als sikkels, opgaande uit de mist;
En klokjes hoor ik droomrig klinken:
De herder met zijn koeien is 't.

En meer en meer komt 't groen der weiden
Te voorschijn uit de morgendamp;
't Zijn bloemen, die mijn oog verblijden,
Geel als een stralend helle lamp.

Reeds flonkren hoog de popeltoppen
En lager 't groen der beukenheg;
De dauwdrop vonkt aan windeknoppen,
De morgenwind waait nevels weg.

Gezegend licht, uit nacht gestegen,
Zo vriendlijk lacht uw oog mij aan;
Ik sta op 't kruispunt van veel wegen -
O, zeg mij welke kant te gaan!

Gedichten (1910)

Schrijver: Jacob Winkler Prins
Inzender: Redactie, 19 september 2023


Geplaatst in de categorie: natuur

3.0 met 18 stemmen aantal keer bekeken 3.177

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)