aan het einde van de dag
verdelen strepen je huid
breken centimeters je lange haar
het uur trekt langzaam aan
op de hei zie ik ogen
de paarse zee worden
jouw rug die langs mijn hand loopt
tekent het land dat we bevolken
vanaf het bankje waar we zitten
hangen we onze ogen in de bomen
we herinneren ons die plek
waar jij de wolken vergat…
Je ziet ze lopen.
Het pak binnenstebuiten,
sokkenrafels om de kuiten.
Alsof wij meegaan in die waan
van dat omgekeerde bestaan,
waarin zij met een mooi hoedje pogen
met ons door het leven te gaan.
Ik ben immers nimmer bedrogen
met de focus op d'ogen,
dus trek dat pak normaal aan!…
Omringd door planten
organismen zonder dimensie
meebuigend met de wind
vorm ik het onkruid
dat uitreikt naar de grenzen van onze tuin
zoekend naar vragen en antwoorden
en naar wie ik ben…
met het knipperen mijner ogen
enkele weken gezwind vervlogen
terwijl al die tijd
mijn sympathie en dank, hand in hand
lijdzaam vertoefden in mijn binnenkant
maar nu een uitingsvorm betogen
Bij deze…
ongetwijfeld maf
vraag ik mij dikwijls af
of de Eeuwige met ons speelt
ons in groepen heeft verdeeld
hoe anders te bevatten
dat ene, dat zuivere, datte
herkenning, verhelderend als licht
als ik een ander bezie, maar tevens
mijn gezicht…