Fijn, klein pluizenkind!
op zachte voetjes ga je door het huis
gezwind als de wind
en zo stil als een muis
Warrig, narrig wonderkind!
jengelen kan je eindeloos
maar als je zachtjes spint
weet ik weer dat ik jou uitkoos
Hongerig, brommerig drommelskind!
jij hebt ook nooit genoeg
maar het deert me niet of het zint
je krijgt niet alles,…
Over kronkelende paden dwaalden mijn gedachten
zwervend door kille winternachten
op zoek naar tekens van leven
eender welk vuur, het was mij om het even
Als eerste kwam ik een kleine kerk tegen
het licht van kaarsen kon me bekoren
alleen om de zegen zat ik niet verlegen
en de moed ontbrak, Gods nachtrust te verstoren
Een knus bordeel kalmeerde…
Woonde ik maar in een oud huis zonder opsmuk
met gammele kasten, bedden, ramen
en kieren, waar soms muizen door kwamen
maar ook de zoete geur, van vergeten geluk
Nee het is nieuwbouw waar ik in woon
strakke hoeken, tafels, wanden
alles volgens een uitgemeten patroon
ik kan er mijn hart niet aan verpanden
Doe mij een pittoreske boerderij…