'k Zie, hoe gij angstig op mij wacht,
En van verlangen brandt;
Ja, 'k geef uw handel klem en kracht,
0 kloeke speculant!
Onzeker ware uw ijvrig werk,
Bracht ik geen tijding en geen merk;
Gij ziet angstvallig naar mij uit,
Eer gij met moed een handel sluit.
Wat mensen help ik uit de droom,
Wier wens mijn komst voldoet!
'k Meld d' een…
Een man, door wanhoop aangedreven,
Zijn leven zat,
Wierp zich in 't stromend nat.
Zijn makker sprong hem na en redde hem het leven,
Maar vruchteloos: de man, bij 't knellen van 't verdriet,
Wist niet, wat aan te vangen,
En ging zich aan een boom verhangen.
Zijn makker zag het aan en nu weerhield hij 't niet.
Men riep hem voor 't Gerecht…
Gesprek.
KLAAS.
Voor u slechts klopt mijn teder hart,
Uwe uitspraak schenkt mij dood of leven.
TRIJNTJE.
Klaag andren uw verliefde smart,
ik kan er geen geloof aan geven.
KLAAS.
Hoe zo?
TRIJNTJE.
Uwe eden zijn maar schijn;
Aan alle meisjes zegt gij 't zelfde
'k Zal mooglijk reeds de twaalfde zijn,
KLAAS.
Neen, waarlijk…
Joost las: `Poëten leven lang.'
Hij greep de lier en stemde een zang. -
Veel boeken heeft hij vol geschreven,
En 't doel bereikt, waarmee hij zong:
Hij bleef tot hoge jaren leven;
Maar al zijn verzen stierven jong.…