Alle deze dingen worden zo moede
dat niemand het zoude kunnen uitspreken.
Het murmureren van bronnen en beken
versta ik mis: het is de doffe woede
van wie wel weten dat er in het teken
van hun geboorte nooit nog iets ten goede
wordt bijgeschreven; van onder de hoede
van wat ze zijn zoekt geen meer uit te breken.
Vrolijk sprankelt de…
Moeder vertoonde de film van Rin-Tin-Tin.
Het licht was uit en de gordijnen dicht.
Uit de projector kwam maar weinig licht
en 't werd nog minder met de film erin.
'k Hield me muisstil en verroerde geen vin:
geen glimp had 'k willen missen van inzicht
in 't stom en rusteloos flikk'rend bericht.
Maar 't waren beelden zonder slot of zin.…
Er was 's nachts iets in mijn luier beland.
't Moest nu nog heel vroeg in de morgen zijn.
'k Kon niet meer slapen; maar 'k was nog te klein
om over 't hekje van mijn ledikant
te klimmen. - Buiten, in de zonneschijn,
hield een merel boven op een gootrand
zijn mededingers zingend op afstand;
er waren grenzen aan zijn broedterrein.
'k…