Toen jouw steel werd afgebroken
En mij een kale plek nog bood
Trachtte ik vergeefs opnieuw te bloeien
Maar die plek bleef alsmaar dood
Nog steeds probeer ik te ontluiken op die plek
Maar het blijft een zwarte vlek
Die ik op mijn steel zal voelen
Tot je mij weer ontdekt…
Twee witte meeuwen liggen op je schoot
Rein zonder verdriet
Je gezicht is een aangeschoten vogel
Die verdwijnt in het riet
Zwervende in de nacht
Waar ik op je wacht
Maar dat weet je niet…