Laat en verlaten dit verherfste leven:
een nabloei van vergane zomerplanten,
terend aan ruige najaarswaterkanten,
broos als de vlucht van wintermaan en meeuwen.
Bittere schemering, loochen de genade
eertijds beloofd achter uw onheilswolken,
wentel de wereld in het bloed der volken,
ga met de duivel en zijn moer te rade!
Wilde verwoester,…
De herfst schijnt mij de beste tijd,
nog voor het koude in zal treden.
Het hart overdonderd nog onwetend
van spijt, verlangen dat wordt ingekaderd
door de zomer en het heden.
Voor mij geen winter onvermijdelijk zal
hij komen, waarin gevoelens zullen zijn
verstild. Een schuchtere herfst, een
schitterend eind en dromen, verder een
zinderende…