IJsbloemen vertalen
ons hijgen en warm
raken van elkaar daarna
ademstilte - en ook
in ochtendwarmte
parelt de bloem
nog proef ik - opnieuw
als verse sneeuw…
Ze draagt bloemen
die niet meer zouden kunnen
maar haar wiegen wekt
roosjes en ander lief blad tot leven,
haar jurk en ik kleuren ervan
Geen wasmiddel kan daar tegenop…
Leunend tegen niets, even
toch, het lijkt alsof de ruimte
om je heen zich heeft samengepakt
om je te dragen
en aan mij te tonen,
tijdloos - eigenlijk geen tijd
maar ik kan niet heen
om je slow motion blikken
en blozen doe ik ook
van je jurk die net ontsnapte
aan dit stilleven en even
naar me wuift…
Ik hield de stenen zo lang
in mijn armen
dat het draagbaar leek
en ogenschijnlijk bedroog
Tot ik ze -wat bezielde me-
op het punt van oplossen
van me vandaan legde
..ik vloog..…
Mijn handen om haar ranke hals
haar heupen licht rakend
lach ik, flirt ik, dans mijn wals
volle lippen, zaligmakend
een spoor, waar ik haar kuste
haar lieve buik, oh, warme dijen
mag mijn hand er laten rusten
waar lijven zich nader vlijen
ritme, de zwoelte, doet tijd vervagen
genot is hoorbaar, zo is haar zucht
adem aan adem, samen vertragen…
Het was voor haar de daad
tegen vergetelheid
met haar onuitwisbaar strelen
van huid en al haar
lippen die je binnen mocht, en
bij het verlaten
trok zij de gordijnen dicht
tegen het opzien van de dag.…