Ik wou de vogels ademen
me vlechten door hun lied
zo smolt mijn stem in weidse band
die liefdevol gebiedt.
De bloem wou ik beluisteren
haar prille opengaan
dus lijmde ik mijn slakkenhuis
er zachtjes tegenaan.
Ik wou de sterren strelen
ver reikte ik mijn hand
hun vurige begeerte
heeft mijn vingers opgebrand.
Mijn ogenblik is opgegaan…