inloggen

biografie: Toon Tellegen

Toon Tellegen over zichzelf: Ik ben geboren op 18 november 1941 in Brielle. Mijn vader was daar huisarts. Met mijn twee oudere broers - vier en zes jaar ouder dan ik - en mijn zusje - ruim zes jaar jonger dan ik - woonde ik in een groot oud huis aan een haven. In mijn herinnering was het zonnig en heel stil in Den Briel (Zo heet Brielle ook wel). Ik zie mijzelf nog naar school lopen, op een middag, in de zon - en nergens was er iemand anders of hoorde ik een geluid. De deuren van de huizen stonden altijd open. Als je iemand opzocht stapte je naar binnen en riep je 'Volk!' Ook onze deur stond altijd open. Als mensen wilden dat mijn vader een visite maakte schreven ze hun naam met een griffel op een lei die in de gang hing. De melkboer en de groenteboer kwam elke dag met paard en wagen langs de deur. De bakker kwam met een bakkerskar, de slager op een fiets met een mand voorop. In mijn herinnering floot of zong iedereen die fietste. Mijn vader fietste ook, met een doktersplaatje midden op zijn stuur. Volgens mij floot of zong hij niet. Als hij thuiskwam riep hij altijd: 'Is er nog iets geweest?' In Den Briel ging ik eerst naar de Bewaarschool en daarna naar de Lagere School. De eerste twee jaar op die school had ik een juffrouw waarover ik een boek heb geschreven: Juffrouw Kachel. Na schooltijd voetbalde ik vrijwel elke dag met mijn broers en andere jongens. Soms voetbalden we op de plaats van de Noordpoort, vlak achter ons huis: dat is de plaats waar de Watergeuzen op 1 april 1572 de poort hebben gerammeld. Voetballen was het belangrijkste wat er bestond. Naar Interlandwedstrijden luisterde ik op de radio. Na elke Interlandwedstrijd mochten wij, van onze oma, de Sportkrant kopen. Tot mijn elfde jaar had ik nooit een echte belangrijke wedstrijd gezien. In mijn fantasie speelden Sparta en Feyenoord en vooral het Nederlands Elftal iets buitenaards - zo schitterend. Rondom Den Briel waren vesten - een soort grote vijvers, waarop ik is winters leerde schaatsen. Je mocht daar op schaatsen als het ijs door de politie was goedgekeurd. Dan reed er een man door Den Briel, op een fiets, met een grote bel in zijn hand, die tussen het bellen door riep: 'De Lange Vest is goedgekeurd!' of 'De Oude Vest is goedgekeurd!' Eén jaar zat ik nog op de H.B.S. in Den Briel. Daarna verhuisden we naar Voorburg. Daar ging ik naar het Huygens Lyceum, afdeling gymnasium. Op mijn veertiende jaar - ik herinner het me nog goed - dacht ik: nu ben ik oud genoeg om ook eens een roman te lezen. Ik ging naar de Openbare Bibliotheek in Rijswijk en leende 'Karakter' van Bordewijk. Een week later dacht ik: en nu gedichten. Ik leende toen 'Cryptogrammen', een verzamelbundel van Gerrit Achterberg, en las het op één avond uit. Op mijn vijftiende jaar schreef ik voor het eerst een gedicht. Ik heb het niet meer. Ik geloof dat het over een vierkante bal ging. (Ik wist al dat je in een gedicht alles anders moest zeggen dan het in werkelijkheid was.) In 1983, op mijn eenenveertigste schreef ik voor het eerst iets voor kinderen: een verhaal over de eekhoorn. Toen was ik - behalve huisarts en dichter - ook kinderboekenschrijver.

Inzendingen van deze schrijver

52 resultaten.Meer van deze schrijver...