De onverzettelijke Stef Clement...
De onuitputtelijke Koen de Kort...
Dat zijn pas renners waar ik blij van word
Al pakten ze geen hoofdprijs op 't end
De heroïek bereikt het bovenmaatse
In net-niet-vluchten en in ereplaatsen…
Hij die komt noch gaat
geen woorden draagt in zijn mond
hij die geen man meer, nog geen vrouw
met zijn speeksel me wassen zou
hij die het brood bijna breekt
het licht net niet dooft
zich nauwelijks uitkleedt
me rakelings aanraakt
(o de paarse bessen van zijn tong
hoe blauw het dons van zijn dijen
rijzig eindigend in nog zachter)
met…
Wij herinneren ons woorden
als huis, als boom, als maan
Wij herinneren ons dat
als de maan zwom
de vis klom
Wij herinneren ons de maan
en ook de dood
Wij herinneren ons woorden
als gras, als vogel, als wolken
Wij herinneren ons dat
als het blad viel
de vogel vloog
Wij herinneren ons de vogel
en ook de dood
En dat, toen de papaver…
zuchtje kan mijn rust verstoren
de ware dichter is geen echte vent
ze groeien stil en stiekem, als tumoren
en ik ben (domme pech) niet resistent
een vreemde eend in meestal vreemde bijt
mijn versjes: zal ooit iemand ze nog horen
de ware dichter is geen echte vent
toch deze niet - ik zeur u aan de oren
maar wees voor de gelegenheid clement…
De koude stilte van de donkere kerk.
Ik zie de oude monumenten weer,
ruik de bestorven wierook van weleer,
herken de schedel, de gebarsten zerk.
De kale koster, zuchtend aan het werk
bij 't altaar, zet daar doden bloemen neer.
Een duif vliegt op en laat een witte veer
en ritselt aan het venster met zijn vlerk.
De laatste non, in een verweduwd…
Aan vier Engelsche makkers,
(Mickel, Clement, Sidney en Paul.)
O, rust van Tonbridge na 't rusteloos Londen;
Hier welt het water helder, 't veld staat blauw
Van vlas, de hoge hop rankt langs zijn touw,
De wilde wingerd houdt elk huis omwonden.…