De herdersjongen in het veld;
niet weggelegd voor het grote
geld, peinst over het geluk voor
hem tussen de sterren verborgen.
Staan de sterren vanavond goed;
voorspellen zij zijn voorspoed?
Liggen er kansen voor hem in de
stad van morgen?…
En hij torste koperen
schild en
reuzenzwaard
met zich mee
zo trok hij op tegen
de herdersjongen
Zijn wapen was een witte steen
daarmee raakte hij
de reus zijn scheen
Vooroverliggend met zijn
neus in het stof
zongen nu Gods engelen de lof.…
ik loer naar beneden
naar de dorpelingen in de sneeuw
de sneeuw, die als een winterse streling
hun gezichten streelt
ik heb maanlicht in mijn ogen
ruw en donker is mijn vacht
als schors van de bomen
waaronder ik wacht
op de mooie herdersjongen
zo maagdelijk blank en zoet van geur
die het wit van de sneeuw zal veranderen
in een bloedrode…