163 resultaten.
LAIS CCXXX
netgedicht
3.0 met 2 stemmen 48 Dit is dus waarop het heeft zo lang gewacht.
Dat het hier was, is, en zich leven laat
voor wat het voelt, dat zij het hiertoe bracht,
dat het druipt waar zij ledig lacht en praat,
dat zij humaan werd en dus vol van haat.
Het laat zichzelf als niets verdwijnen en
ontbindt de zang tot aardig lied voor hen.
Het wordt wat lucht, of water waar zij…
LAIS CCCIII
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 49 Schoon wordt nooit een ding van goud of lood
waar starre ogen hebberig naar staren.
Schoon wordt nooit een mens die je stil en dood
en ingelijst op foto wil bewaren.
Schoon is niet wat ik voor jou vergaren
kan, dat heb ik als een bloem al stuk geplukt.
Want schoonheid wordt door hebzucht onderdrukt,
haar parel met de taal van ’t zijn besmeurd…
LAIS CCLXXXIV
netgedicht
3.0 met 1 stemmen 57 Het is haar het, van nietigheid heelal,
der stelsels sluier vliedend van het nu:
het is het, een niets en van niets het al.
De tijd is teken slechts, een residu,
want eeuwigheid is nu, niet continu.
Waarheid omarmt het als een warm gebeuren.
Schoonheid zweet en danst in zang en geuren.
Het is haar poort, van vrede het gebaar,
het is de code…
LAIS CCLXXXI
netgedicht
3.0 met 2 stemmen 86 Kamer, leeg salon. Twee zetels staan er.
Aan de haak: een harnas, een nachtjapon.
De keuze die zij waren vergaat er.
Non Si Non La: het motto was een bron.
Het schilderijtje is een liaison,
hechter dan zij waren, vals voor elkaar.
Het ziet zichzelf, herhaalt een oud gebaar.
De haard smeult nog, dat is maar beter zo:
je mag de hoop niet doven…
LAIS CCLXXX
netgedicht
Er is nog niet op deze inzending gestemd. 42 Het is als ruimte buiten elk bereik.
Het is een vallen vallend zwart in zwart.
Het was gebaar, het smelt als sneeuw tot slijk.
Het is een woord dat niets tot lid verhardt.
Het wordt gezegd, gedicht: een het is hard.
Het wordt gebruikt als stoplap van bestaan.
Het regent, het gaat, het wordt niet gedaan.
Het zocht begin dat nooit begonnen was.…
LAIS CCXXIX
netgedicht
3.3 met 3 stemmen 41 Het wil schoonheid schoonheid laten raken
wimpers zien langs lippen glijden, het oog
stormstil, het lichaam zee, de ziel een baken:
beweging wil bereiken dit betoog.
Zij is moment waarin het nu bewoog,
straal waarin het licht zichzelf betekent,
stroom die zich in de stroom vanzelf herkent,
parel in het wak van het verlangen,
geheim dat met een…
LAIS CCLXXVII
netgedicht
1.0 met 1 stemmen 35 Badplaatspromenade, noorderwind. Schril
als de meeuwen krijst haar stem. Nijd brandt
haar zuur in de slokdarm. Het slikt haar wil
die met naaldhakken klakt. Het nijpt op zand
dat stuift uit de hand. De tijd is een wand
met tongen aan de andere kant. Niets
gaat nog open, dit licht is van kant. Iets
heeft de schoonheid als van papier verbrand.…
LAIS CCLXXV
netgedicht
Er is nog niet op deze inzending gestemd. 32 Als de dag sterft, in de klem van de nacht,
zal het als een ster verschijnen, minnaar
van haar al. Rood kleurt het haar wangen, zacht.
Het licht is jurk, glijdende zijde daar
waar haar oker zich onthult: huid, gebaar
van haar, één glimp ervan geeft het bescheid.
Het laat zich door haar leden leiden, scheidt
hemel van aarde, water van hel…
LAIS CCLXX
netgedicht
Er is nog niet op deze inzending gestemd. 32 December. Bomen staan naakt en bevrijd.
De huizen glimmen en de spin gaat dood.
De kale maan houdt niet van narigheid:
zij wil haar aarde echt en recht en bloot.
De zon loenst schuin, zijn gluren is van lood.
De mens loopt krom, kop in de kast en koud
zijn de gedachten, lelijk, dom en oud.
Niemand heeft haar licht gezien. Hier ging zij…
LAIS CCLXVII
netgedicht
3.5 met 2 stemmen 80 “Schlaf und Tod, die düstern Adler / Umrauschen nachtlang dieses Haupt”
Georg Trakl, Klage
Slaap en dood, uw zwarte zeilen ruisen
en vermalen worden 's nachts in het hoofd
woorden tot korrels, letters tot gruis en
buiten stormt het Niets, stom als beloofd:
koud en stil wordt het leven weg geroofd.
Lijven rijten open op de tanden
van…
LAIS CCLXVI
netgedicht
4.0 met 1 stemmen 48 ” Wenn es Abend wird,
Verläst dich leise ein blaues Antlitz.”
Trakl, Verklärung
Blauw, violet met purperen vruchten
vouwt de avond zich langzaam de handen
en vogelzang waart weids door de luchten.
Streng de nacht bekruipt de trage wanden
en zon bloedt uit in wazige randen.
De peulen der graven barsten open
in het wit van de maan. Lijken lopen…
LAISCCLXV
netgedicht
Er is nog niet op deze inzending gestemd. 65 Van het gebeuren meende het dat het
geschapen was, en van die schepping dacht
het zelf het doel en de betrachting, ja, hét
van het te zijn. Tot plots, o stille dag,
gezegend uur, toen het het echte zag.
Het echte heeft geen naam en ook geen doel.
Het echte is niet iets, niet eens gevoel
dat je in rust alom ervaren kan,
met het gebeuren mee van…
LAIS CCLXI
netgedicht
Er is nog niet op deze inzending gestemd. 49 Van achter het masker, uit de gaten,
aan hun git gebonden zijn de woorden,
slaan een laken rond niets dan hiaten,
verwijzende naar verlaten oorden,
pracht van niets waartoe het nooit behoorde.
Lyriek ontkent net zo haar verwoording,
haar zang gaat dwars doorheen elk woordending,
het perforeert elk 'ik' en de persoon.
Maar, bazuin, leg niet…
LAIS CCLX
netgedicht
1.0 met 1 stemmen 51 O kwade wijven vol van nijd en spijt,
hoe wrang uw tongen rollen in hun hol!
Hoezeer het schrokken van uw haat u leidt,
dat u zich in uw gal verslikt en bol
uw rode hoofd laat draaien als een tol,
dat zweren van verwijt te barsten staan
in uw bevroren schoot, tekort gedaan
door het wier pen u nu ter dood benijdt,
omdat het u bij leven koud liet…
HET (2)
netgedicht
5.0 met 2 stemmen 66 “Esprit caché des lois / qui d’ ici loin mais fort lié / dans les choses est exprimé”
(onbestaande versregels gedroomd op 13/2/2017 tussen 6:30 en 9:00)
sluipgeest der wet
die ver van hier in strak verband
der dingen zin verzet;
bloeigedaante, warende doorheen verwelkte bloemen;
spookgedachte, vluchtend uit gestalten die vergaan;
aggregaat…
het wordt gewaar
netgedicht
5.0 met 2 stemmen 54 chiraal is het de vele schimmen die haar lichaam telt
vooraleer haar lichaam raakt het blanke laken
waarop het als een teken kwetsbaar ligt
te slapen, naakt bij nachtinval.
de maan slurpt slierten mist
die van de kale takken druipen.
heel de dag sleurt zij het mee,
het vreemde hier en daar,
dat onverwacht gebaar.
zij vindt het woord niet…
KOUDE VLAM
netgedicht
4.5 met 2 stemmen 45 haar lijf is koude vlam, heur haren vuur,
haar lippen zee waarin ’t verdrinken wil
haar ogen licht dat geselt en bestuurt
haar huid is rein, dat maakt het aardse stil.
het wil haar wereld zijn, vreugd’ én pijn,
het wil alleen in haar bestaan, het wil
alleen haar zoenend het nog zijn, het
wil in haar als het in haar vergaan.
de krullen van…
LAIS CCCVIII
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 92 Straks versteen je weer in mij, doods en kaal,
een teken in een wereld van tekens,
zuiver gefluister in de dodentaal,
restbeweging onder honderd dekens,
naam van het niets, herhaling die telkens
mij roept maar zonder klank in dit bestaan.
Ik wil jou voelen, nooit van mij vandaan.
Ik hoef dit zonlicht niet, ik wil duister,
het droeve donker waar…
LAIS CCVIII
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 67 Zij zien de kinderen die joelen op
kraaiende peuters, hun roodhuidenkeel
opengesperd en de oudjes steunend op
bouwval. “O weet je nog het zandkasteel
toekomst” zegt zij, en hij: ”er zijn te veel
ratten”. Hij bibbert en slijmt. Te hevig
de zomer komt klaar, zon angelt stevig
in ’t Avondland zijn gif van de hitte.
De wet bliksemt neer. “Maskeer…
LAIS CLXX
netgedicht
4.5 met 4 stemmen 184 Nu in duizend ongedane daden
in klaarte oplicht al geheel het pad
met de uitgesponnen levensdraden
en niets nog wijst naar vrijheid die het had
verborgen in het draaien van het rad,
nu het haar licht als git ontvangen heeft
en er geen hoop meer in zijn duister leeft,
nu feit de nood opheft aan menig woord,
nu rust de spin gevangen in haar web…
LAIS CCXIX
netgedicht
Er is nog niet op deze inzending gestemd. 69 Nu het zich weer in stof en as vergaart
en droog de rauwe brokken haat verslikt,
nu het vonkt als het maar van haar gebaart;
en het op de feiten foute data hikt
en bij de pantomime lacht en snikt,
omdat het weet dat alles toch vergaat,
nu zij in het en overal bestaat,
nu het heet haar vuur door zich voelt varen,
nu is het weer bij doem tot…
LAIS CCCXV
netgedicht
3.0 met 2 stemmen 88 Jij, de korsten ik op jouw afwezigheid,
het verdwijnen waarin genadig blijkt:
onwetendheid, mijn onmacht en het respijt
dat niemand krijgt. Jij die nooit op jou lijkt,
een schelp waaruit de zee verdwenen is,
mijn hand waarin jouw weigering verzuurt
en hoe vervloekte liefde verder duurt
terwijl ik grijp en hijg en mij verzwijg.
Heb ik verlangen…
LAIS CCCXIV
netgedicht
Er is nog niet op deze inzending gestemd. 77 In de ondoordringbaarheid van mijn zijn,
het artefact dat jij als mij aanschouwt,
terwijl ik nergens ben, ontsta in pijn
als sparteling, terwijl jij muren bouwt
rond het gras met de walg die mij vertrouwt,
in het matte zwart van jouw stalen as
waar alles is, en blijft, dat er nooit was,
in't git waar niemand nog mij raken kan,
waar niemand mij…
LAIS CCCXIII
netgedicht
2.0 met 1 stemmen 72 Waarheid, die wervelende verveling
die ruwer steeds te diep in mij ontstaat,
dat ik erbarmelijk te wiegen lig, zing,
lezing na lezing mijzelf ontdoe van haat,
haar in mijn vervoering breng, in 't gelaat
de verschrikking ontwaar van haar schoonheid
en in mijn stem haar onnavolgbaarheid
omwikkel met het naakte van mijn taal,
de galm ervan in letters…
LAIS CCCII
netgedicht
3.5 met 2 stemmen 88 Mistroostig de kale takken reiken
van het zuigende naar de grijze lucht.
Geen ene plaats is nog te bereiken
want het zicht is van mijn stilstand vlucht
en klank versmelt tot onleesbaar gerucht.
Jij, trilling in mijn vingers, maakt je haar
los en schittering daalt neer, godsgebaar.
Ik was er niet, weigerde, was niet klaar.
Ik ben er nu, solitair…
LAIS CLXIX
netgedicht
3.0 met 2 stemmen 48 Op het eindpunt van haar stralen, waar tijd
de mens verlaat, aan het raakpunt van haar
schijnen waar ’t menselijk betrachten zwicht,
in loden stilte achter hemels klaar:
de gouden lichtval in heur ochtendhaar.
Haar ogen wijken niet, haar lach klinkt klaar,
haar hand herhaalt het denken als gebaar,
het haar omkranst haar woordeloos gebaar
en…
LAIS CLXXIV
netgedicht
3.0 met 4 stemmen 139 Motten die elkander open wrijven,
als harde diamanten in de nacht:
sterrenstof bekleedt de tere lijven
bij hun labeur dat niets van hier verwacht
maar van het duister wil de pure pracht.
Zij, als nacht zo nodeloos geboren,
zwart op zwart en in dat zwart verloren,
zijn licht dat om zichzelf verlegen zit
te bidden dat het duister hen verhore…
LAIS CLXXVI
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 28 Toen het had haar stem gehoord die avond
die de dag aan duisternis deed klinken,
was er geen klank die zijn gehoor nog vond
want het hoorde zich in haar weerklinken:
vernietiging die in haar bezinken
zou, bloed met git verbinden, eindstand
met de dagen, en nacht met elke hand.
Want het had geboorte zien gebeuren,
zwarte kern van de immense brand…
LAIS CLXXVIII
netgedicht
5.0 met 1 stemmen 66 Elk lijf is een lijn, ’t frêle huiveren
van de pen in de leegte die wij zijn.
Handen willen de handen zuiveren,
armen de armen ontdoen van de pijn,
maar de lijnen blijven altijd te fijn,
en het lijf onthoudt niet haar zaligheid.
Het draagt zich voor: onthouden lelijkheid
en schrijft alsof het sterren doet ontstaan,
maar waar zij het in het…
LAIS CLXXIX
netgedicht
5.0 met 2 stemmen 37 Er is teveel. Het schakelt storing uit:
knipt in de lichtenwalm tot het ziet
haar zwart verschijnen dat verteert. Het sluit
wanklank uit, want walg verstoort het lied.
Het hoort zijn stem die zegt wat zij gebiedt.
Het is met haar voldaan. Het kent maar kraakt
haar erecode niet. Het wacht. Tijd maakt
altijd einde aan bezweren van kwaad.
Het…