Asielzoekers in eigen dorp
netgedicht
en toeschouwers zijn broodnodig
Tot de vrije lach in stroeve grimas versteent
Ze zeggen niet veel tegen elkaar ze zwijgen
besmettelijk nu het besef in hun keel klopt
ongezien om de hoek te kunnen verdwijnen
als de laatste roddels over hen vervliegen
Ooit koningen van hun blank sociaal leven
was eenzaamheid taai vreten voor anderen
Nu tuimelkruid…