De oude heer:
Danseresje, danseresje,
Zoveel honderd in de maand,
Word prinsesje, word prinsesje
Tegen zoveel in de maand.
Zoveel in de maand bespaard,
Dikwels 'n cadeautje,
O, m'n mooie vrouwtje,
Is dat niet je liefde waard?…
Ze was zo heel bewegelijk,
ze hopte en ze schuddelde
Ze danste rond met een gemak
waarvan je ogen bubbelden
Omhoog, omlaag
van links naar rechts, schoot zij
het danseresje heen en weer;
van dansen werd ze toch zo blij
van ophouden wilde ze niet weten
Verlangde al naar volgend keer
En zwaaiend zwierend ging ze door:
het ritme, de muziek…
In licht op en neer
Gaan, en wederkeer
Van haar tullenkleed,
Danst het danseresje,
Music-Hall prinsesje,
Dat zovele listen weet.
Listen in 't glinsteren der ogen,
Kohl bestreken, twee zwarte bogen,
Die omkransen geheimenis en logen.…
Versje voor een Danseresje
Op het rimpelloze water
Strijken zacht twee zwanen neer
Dat weerspiegelt even later
hun sneeuwwit verenkleedje weer
Aan de oever van het meer
Staart een meisje naar het paar
In haar hoofd weerklinkt een wijsje
Wind speelt met haar lange haar
Zie hun lange slanke hals
Draaien in een teder strelen
Sierlijk in…
je lachte
het liefste
elvendansje
dat ik ooit
had gezien
zij droeg roze
draaide op het
glanzend zwart
muziekdoosje dat
de tijd niet vergat
muzikaal en
mechanisch op orde
door generatieve
restauraties van
het familie erfstuk
na je lach
was er een stilte
waarmee het danseresje
tijdsbreuken heelden die
heden en verleden scheidden…