Ook de notaris is een mens zo
getuige het zwaar bestempelde document
waarmee hij in de regen staat te zwaaien
Als je zou willen, je natte lippen als stempels op de
mijne, kom dan binnen
ik vergeet mijn ongelijk bij vlagen
ik schaak als hij de haren droogt
in de notariswoonst en als we dansen
zegt zijn vrouw…
Goeie genade
wat wilde ik jouw liefde
wat was jij een ballade
een danspas die me doorkliefde
Ook al was de vloer soms glad
geen dans die ik zou afslaan
hoe kan ik zonder dat?
hoe kan ik zonder jou bestaan?…
Het groen kijkt mij aan
ook beton gegrijsd
staat het hout
in elkaar gewrocht
een toestand met geluid
de danspas van een fee
narcissen als trompetten
schrille tonen weerklinken
kaatsend over en weer
laat ons nu stilstaan
bewonderen
betasten
alles omvattend…
een danspas en een grap
zo maakt hij
na begroetingsritueel
zijn nonchalant entree
ogen draaiend
en een denkbeeldige
vriendin in
afscheid aaiend
kiest hij een vriend
als springplank
voor zijn diepe duik
in de aandacht fuik
onnozel paraderend
langs hun nieuwsgierigheid
de laatste roddels strooiend
wint zijn aanhoudendheid
de kaarten…
Een somber man
dus vaker blijer dan een ander
die bij het verkeerde uiteinde begon
want aan schone verwachtingen zit
geen reinigbaar handvat
wie misgrijpt houdt voor eeuwig
vuile handen
daarom de argwanende tanden
liever gezet in de pech
het neehoofd voortvarend geschud
zo oefent hij soms een trage
maar toch aanstekelijke danspas
tussen…
Van poppenspel en hink-stap-sprong
naar de nooit vergeten eerste danspas.
Langs heimelijke, nerveuze afspraken
waarin de tijd soms stil bleef staan.
Uw huwelijk, wat soms een achtbaan
leek, bleef omzoomd door lief en leed.
Kinderstemmen..nu..zo eind'loos ver.…
in een draai om de as
Zijn ogen verraden
het licht en hij is verrast
door het kind dat in hem mee
feest als de vlinder zich
de bloem gunt
in het open aura van de ziel
en waar het beeld knielt
voor zijn maker
het aanzien zijner verschijning siert,
hem stilzwijgend van repliek dient
in een vraag naar een hogere hemel
in een danspas…
Zijn zij niet warm van dartle lust
In danspas door 't gewoel geschoven?
Wie werd niet op de mond gekust?
En is de vuurpijl, 't volk te boven,
Tot sterren niet uiteengestoven?…
Frivool beent haar danspas
Een glimlach in een ver verleden
lonkt de beminde
Een beetje ‘ unter den Linden ‘
Net dat vleugje romantiek
waarin de prima ballerina zich verliest
Als elastiek wervelt zij hemellicht
in pirouettes
haar minnaar houdt zijn adem in
Met tenen gespitst spreidt zij haar tutu glad
in een rustpunt...…
Van de maatstaf der bezinning
en de keerkring van het gelijk
naar het raakvlak van rood blozend
en het metrum wat verstrijkt
vinden slanke voeten trappelend
een nieuwe danspas voor een oud refrein
Ook de jachtuil en de veldmuis
tussen maan en wuivend riet
en de dauwdrop topzwaar rustend
op het ranke loof dat lieft
glijden immer zuiver…