De Kneet
hij reed
door geen levende ziel daartoe aangespoord
zich die dag compleet leeg in een najaarsklassieker.
Zijn uitzicht op winst werd echter ruw verstoord
hemelwaarts sprintte Van Gogh onvoorzien veel kwieker.…
Op de dag dat iemand stak en schoot en sneed
En een ander weer een opponent versloeg
Kwam temidden van een kleine wielerploeg
Een einde aan het leven van De Kneet
Door toedoen van het onvoorspelbaar lot
En niet door weer een zelfbenoemde God…
Verdomme
waarom ontmoet ik je nu pas
op dat scherm,
dat koude glas
Jij bent 't
de tekst die ik las
op dat scherm
dat koude glas
trillend tast ik de toetsen
kneet iedere zin
dat scherm
dat koude glas
'n begin…
Pas in de verste verte ligt het eind
dat zo vaak veel te tijdig wordt bereikt,
want plots een steek, besef, de Kneet bezwijkt
net als hij met zijn vrienden lekker treint
In één seconde komt alles voorbij:
Parijs, de gele truien, valpartijen,
het wereldkampioenschap, de kasseien,
de stratenmaker was een echte kei
Zijn vindingrijke tong zat…