Als reeënsporen in de sneeuw
als vliezenvoetjes in vers zand van een witte meeuw
zo staan je zolen en je tenen door de olie
bij een schijnsel op mijn laminaat
dat ik zo nog even zitten laat
om, rebels tegen het vluchtige en het luchtige,
van de aanblik te genieten
tot het ooit weer dooit of stuiven gaat.…
Soms als mijn gedachten zweven
hoor ik je kabbelende peuterpraat
of snelle voetjes op het laminaat
alsof je me een zoen komt geven
ik spreid de armen wijd en wacht
tot ik je lachend op kan vangen
maar het is slechts een verlangen
dat jou voor even bij me bracht
leeg staar ik dan in het verleden
waar jij voor mij mijn leven was
nu doods…
ik blader
schreeuw een bloem
mompel zacht de steel
denk de wortels al
afdalend langs behang
gaf je laminaat
als water bij de vis
die niet tevreden is
omdat de vangst
haar zwemmend leven wist
ben niet bang om
eigen kleuren weer te
geuren warm je maar
het zal je stuifmeel
slechts eenmaal gebeuren
ik stamper al je macht
je woorden…
al koutend over mijn kwelling
het was van den droeve
thuis zonder uitzondering
gordijnen aan rechte roeden
onverklaard dalend met helling
zei jopie van jack's laminaat
kijk eens naar je schroeven
die waren scherp gepunt en bedraad
pluggen met erbij gezochte maten
voor door gave voorgeboorde gaten
in onze wit gestuukte zoldering
tergend…
Planken latten laminaat en microfoonkoorts,
slaan weer toe nu de dag weer nadert.
Podium verlichting geluid en grote luidsprekers
doen daar nog een schepje bovenop.
De dag van het gedicht nadert met rasse schreden
de 25e is het weer zover.
De dag staat in het teken van rust en stilte,
we drinken ieders werken in.…
Want op deze beurs
Beloven ze de eeuwige glimlach
Kant en klaar als geschenk verpakt
Een gekruld lint
Een motief van vergulde stippen
Je hebt alleen wat grof geld nodig
Knisperend in de handpalm
Of een kredietkaart die soepel
Langs het rode oog glijdt
Ik had mijn rekening geplunderd
Een aandeel met woekerwinst verkocht
Mijn loft met laminaat…