De klap die kwam kan ik vandaag nòg horen:
schuimbekkend vloog de arts de kamer uit,
kwam terug en schoof een lasbril op m’n oren.
Maar ditmaal zag ik s t e r r e t j e s voor de ruit!
Doch déze observatie hield ik vóór me,
en prees het zicht. Kwam thuis op het geluid.…
Ooit een engel ontmoet
haar al eerder gezien achteraf
in andere blotevoetenmaat
Maar steeds als zodanig herkenbaar
Haar glimlach vraagt om een lasbril
haar beloften zijn van een zoetheid
die het glazuur van je tanden slijt
altijd gevleugeld en met een altijd
vlammend zwaard tussen ons in
Komt me nog meer vertellen
hemelse nakomelingen…
Kon ik maar eens dekking zoeken;
achter een lasbril mag je dan veilig zijn,
de contouren van de scheiding die niet mag zijn
zijn haarfijn zichtbaar voor het bindweefsel dat is afgestorven,
toen het dwingende levendodende compromis in werking trad.
Het bliksemt niet meer zo als vroeger;
de goden moeten een toegenomen vertrouwen hebben.…