Dat dit je herinnering terug haalt
naar die vriesdag vol van zon,
met lichtend rijp op sprietjes stro,
en zilverwit op boom,
met licht zo stralend zacht en goud
dat bijna aaibaar langs de ramen strijkt.…
Staalblauw de hemel boven 't marmerwit
Der straten, blank van d'eerste vlokkenval.
En zonverguld, in fel-licht luchtkristal,
De starre bomen, hard en zwart als git.
In doodgevrozen rozen heb ik al
Mijn zomerdromen zacht een graf gespit,
Waarbij ik trouw de handen vouw en bid
Voor de arme zieltjes, die God redden zal.
O dromendoder…
Men neme een oude witte gevlekte doos
en noeme het een koelkast
men vulle hem met woorden
fernandes, frambozengazeuse, tiramisu
we schaffen ons enkele winterharde vogels aan
die zich ook op heldere vriesdagen laten horen
hun liedje is moeilijk te beschrijven
maar lijkt op het tokkelen op
de a-snaren van een viool
systematisch…