het leven lacht en huilt
stormend heen en weer
slingert hoop en verdriet
als de klepel van de klok
van ongeloof tot kordaat
nooit te vergeten geluk
drupt angstige tranen
als plots het onzekere
de wandklok van leven
in schaduw vallen laat
de handschoen genomen
in zoektocht naar houvast
wordt de strijd gestreden
om dat te kunnen houden…
't is of de wandklok me moeilijk begrijpt
de laatste minuut verschrikkelijk dreigt
als duistere schaduwen dansen in de nacht
wordt ergens hoorbaar een rauwe klacht.
En dan... een opschrikkende telefoon
een stokkende stem... op gedempte toon
' t is voorbij... al hadden we ‘t nog niet verwacht.…
Zachtjes sloop ik door het huis
en hoorde er een plotselinge gil
Ik dacht oei, ‘t is hier niet pluis
en dus was ik eventjes muisstil
Stilletjes bukte ik bij de bank
en ik gluurde toen de kamer in
Wat ik zag was werkelijk slank:
een griezelig, langpotige spin
Zachtjes maar niet stil genoeg
probeerde ik het nachtslot vlug
toen opeens de wandklok…