26 resultaten.
DE SCHONE HERFST
poëzie
4.5 met 4 stemmen 871 Naar deze herfst had ik ontroerd gewacht
Als naar een nacht van zwoel doorgeurde dromen:
Naar 't koele licht en naar de gouden bomen
In grauwe nevel langs de smalle gracht.
De dagen waren vreemd van vege pracht,
Een felle gloed scheen alles te doorstromen:
De bloemen baarden huivrend-zoete aromen
En wrede kleuren, bont en brandend-zacht…
De beminden
poëzie
4.4 met 7 stemmen 985 Verlangen deed hen gaan met sneller schreden,
Hun weemoed zweeg bij deze vreemde schroom
Het vage pad samen zo vaak betreden
Leidde naar 't dal, het einde van hun droom.
Daar strekten zij zich zoet-vermoeid beneden
De fijne schaduws van een ijle boom
En streelden traag elkanders warme leden
En zuchtten diep: — hun ziel was droef en loom.…
DE JONGGESTORVENE
poëzie
3.9 met 8 stemmen 611 Gij moest zo vroeg van deze wereld scheiden
Die gij beminde schoon haar smaad u sloeg,
Van al de dromen die uw jong verblijden
Nog ongerept en woordloos in zich droeg.
En toch toen dood u 't koele bed kwam spreiden
Sprak gij geen woord dat om een troostwoord vroeg, -
Bereid als een die lang en schoon mocht strijden
Zeidet gij zacht:…
MELISSA
poëzie
4.8 met 4 stemmen 1.036 Dat nu dit ene zacht-herlezen woord
Zo diep mijn zwijgend mijmren kon ontroeren
En tot die traag-vervaagde erinnring voeren
Als had mijn luisteren haar naam gehoord.
Dat was geluk: door angst noch lust gestoord
Schreden wij over winters sneeuwen vloeren
En spraken samen in een zoet vervoeren
Van wat ons in dit leven had bekoord.…
Aan Dorothy H.
poëzie
3.7 met 3 stemmen 1.163 Velen die 'k noodde in mijner dromen woon
En die er 's levens wondre beelden zagen
Hoorde ik elkander met verwondring vragen:
"Hij roemde zo, is dit dan al zijn schoon?"
En andren lachten luid: "Hoe ongewoon!
Hoe vreemd, hoe dwaas: hoe kan hem dat behagen!"
En keerden weer naar de eigen grijze dagen.
Doch geen van hen gaf mij 't verwachte…
Het Lichte Beeld
poëzie
4.5 met 2 stemmen 928 Als wij, na nachten loom van liefde, ontwaken
En onze droom verkwijnt in 't morgenlicht
Zal, lief, mijn hand uw naaktheid strelend raken,
Uw zachte leden en uw aangezicht.
En al de dagen naar wier stil genaken
Zo lang ons droef verbeiden was gericht
Zullen wij samen zoete vreugden smaken
En fluistrend gaan of mijmren, de ogen dicht.…
De Schone Herfst
poëzie
4.0 met 3 stemmen 646 Naar deze herfst had ik ontroerd gewacht
Als naar een nacht van zwoel-doorgeurde dromen:
Naar 't koele licht en naar de gouden bomen
In grauwe nevel langs de smalle gracht.
De dagen waren vreemd van vege pracht,
Een felle gloed scheen alles te doorstromen:
De bloemen baarden huivrend-zoete aromen
En wrede kleuren, bont en brandend-zacht…
IN DE AVOND
poëzie
4.0 met 4 stemmen 501 Des avonds buigt mijn lome mijmring over
Naar haar, mijn lief, en naar haar stil gemoed:
Zo nijgt een boom soms wel zijn bronzen lover
Over het koele water aan zijn voet.
En ik word droef. Want derft mijn ziel de tover
Dier lieve stem die 't wrangst gemis verzoet
Dan welkt mijn trots en ben ik naakt en pover,
Alleen verschroeid door…
HERGEBOORTE
poëzie
4.0 met 2 stemmen 384 Het is mij, lief, als had ik u verloren
En of ik u nu eindlijk wedervond:
Uw wezen draagt weer 't eigen stil bekoren
Dat eens mijn zachte deernis heeft gewond.
Ween nu niet meer. Ik zal u toebehoren:
Mijn droefenis die zoveel Leeds weerstond,
Mijn fel verlangen dat geen angst kon smoren,
Mijn sterke trots die gij toch overwont.
En samen…
HET WONDER
poëzie
4.0 met 3 stemmen 468 Alle begeerten zijn nu zoet vervloeid
Tot één trouw peinzen naar de zachter uren
Waarin uw daden zijn als bleke vuren,
Uw troost een kroon is die droef-geurend bloeit.
Mij wondt de wereld die mijn angst verfoeit,
Mij schrijnt haar luidheid die 'k niet kan verduren.
Ik zoek haar niet: ik wil alleen de pure
En zoele droom van u die niet…
OVERDENKING
poëzie
3.7 met 3 stemmen 303 Gij zijt zo lief, gij hebt zoveel gegeven
Aan rijke warmte en loutere innigheid:
Mijn leed hebt gij met broze troost omweven,
Mijn luide angst een bed van rust bereid.
Mij, eenzame, hebt gij uw eenzaam leven,
De teerheid uwer kranke ziel gewijd:
Gij draaldet niet, gij wilder pijnlijk sneven
Om één kort uur van stille tweezaamheid.…
DE LEEGTE
poëzie
4.0 met 1 stemmen 841 Eenmaal hebt gij mijn stil vertrek gewijd
Met even uw ontroerde aanwezigheid,
Met tooverklank van zoet-gesproken woorden
En teedere gebaren die bekoorden.
Ik had dat uur in zaligheid verbeid,
Met vreugd gevuld den al te langen tijd, -
En nu: in troeble bitterheid versmoorden
De droomen die me in eenzaamheid behoorden.
Uw afzijn pijnt mij…
DE GESLAGENE
poëzie
4.0 met 2 stemmen 501 Eens was ik jong: 'k begeerde een heerlijk leven,
Een leven als geen ander ooit bezat,
Een kleurig kleed. Nog heugt mij hoe ik bad,
Hoe blij 'k mijn wondre wijl begon te weven.
De tijd vervlood en 't werd een kostbre schat!
Maareens zag ik vlammen opwaarts beven
En in hun gloed mijn zere weefsel sneven, -
Niets bleef van wat ik zo had liefgehad…
DE VERLOREN VROUW
poëzie
4.0 met 1 stemmen 440 Een grauw verdriet is in mijn ziel begonnen,
De dag is triest en vol onduldbaar wee...
Ik weet het nu: 'k heb mij te laat bezonnen,
Geen deelt mij ooit meer van zijn deernis mee.
Vroeger ben ik mijn eigen zelf ontronnen,
Wellust verkoor ik boven zoele vreê.
En thans, helaas! ik geef mij laf verwonnen:
Ik ben een wrak op zwalpend-zwarte zee…
De vreemde dood.
poëzie
4.5 met 4 stemmen 649 Mijn peinzen kan de vreemde dood nìet loven
Die me u welhaast voor steeds genomen had:
Uw lichaam dat mijn droom ontroerd bezat,
Uw bleek gelaat welks lach mijn smart kan doven.
Dan had ik u nooit bevend meer omvat,
Nooit meer uw haar gestreeld, zijn geur gesnoven,
Met u nooit meer door zomers blijde hoven
Gedwaald of laat door de avondlichte…
Herinnering
poëzie
4.0 met 2 stemmen 462 Velen die 'k noodde in mijner dromen woon
en die er 's levens wondre beelden zagen
hoorde ik elkander met verwondring vragen:
‘Hij roemde zo, is dit dan al zijn schoon?’
En andren lachten luid: ‘Hoe ongewoon!
Hoe vreemd, hoe dwaas: hoe kan hem dat behagen!’
en keerden weer naar de eigen grijze dagen.
Doch geen van hen gaf mij 't verwachte…
Dood
poëzie
4.0 met 1 stemmen 604 Mijn peinzen kan de vreemde dood niet loven
Die me u welhaast voor steeds genomen had:
Uw lichaam dat mijn droom ontroerd bezat,
Uw bleek gelaat welks lach mijn smart kan doven.
Dan had ik u nooit bevend meer omvat,
Nooit meer uw haar gestreeld, zijn geur gesnoven,
Met u nooit meer door zomers blijde hoven
Gedwaald of laat door de avondlichte…
De eenzame
poëzie
4.0 met 3 stemmen 383 Moeder, hebt gij dees foltring dan gewild,
Moet ik om u de barre nacht vervloeken?
Ik vind geen rust zelfs in de schoonste boeken,
Niets is er dat mijn dof gekerm nog stilt.
Gij smaaddet haar: toch was zij lief en mild...
Gij deed ons de onherbergzame oorden zoeken
Waar ze eindlijk stierf. - Moeder, zal ik u vloeken
Nu weer mijn droom…
Het Lichte Beeld
poëzie
4.5 met 2 stemmen 514 Als wij, na nachten loom van liefde, ontwaken
En onze droom verkwijnt in 't morgenlicht
Zal, lief, mijn hand uw naaktheid strelend raken,
Uw zachte leden en uw aangezicht.
En al de dagen naar wier stil genaken
Zo lang ons droef verbeiden was gericht
Zullen wij samen zoete vreugden smaken
En fluistrend gaan of mijmren, de ogen dicht.…
Grijs landschap
poëzie
4.0 met 1 stemmen 467 Het landschap ligt, een droom zo onbewogen,
Door't ijle floers van dampen overtogen.
De dag is stil en fijne regen leekt
Wiens zoete ruising vage treurnis kweekt.
De bomen staan ontloverd en gebogen,
Hun zwarte takken grillig voor de hoge
En strakke hemel die, tot grijs verbleekt,
Geen milde zon of troost van blauwte breekt.
En hier…