zich onvermoed in mijn zakken verhullen
plompe bewoordingen kervend op mijn kladjes
met het definitief van een houthakker
die een boom omlegt
Met klompen aan de vingers
betrek ik het papier
het kluwen vertrekt in een zindering
tot ik er met een zinsnede komaf mee maak
trek er een lijn onder
trek er mijn handen vanaf
trek richting tuin
en schoffel…
En dus pak ik mijn wapens, schoffel en schep.
Dit is een gevecht, dat alleen verliezers kent.
Overmorgen mag ik weer meer onkruid ruimen.
Mooie paarse bloemen? Tussen mijn heg??
Voor de zekerheid trek ik die ook maar weg.…
Met een
schoffel raas ik door de aarde.
Hoog in de lucht ontwaar ik een
jagende sperwer en in een ander
tuintje toont een vrouw haar grote,
sexy, aantrekkelijke bloembollen,
terwijl ik naar whisky verlang.…
bam bam bammerde bam
daar ga ik dan
bam bam
ik lig
in de mars der doden
bam bammmerde bam klik klikkerde klik
luiden de trommels
van treurende boden
zij slaan op de hik hikkerde hik hik
ik hoor het schoffelen als valse violen
snaar slof snaar snaar
de juiste tred om achter doden te dolen
het blijft een hopeloos gebaar
slof slof…
Schoffelend bij de violen
plant hij dille en jasmijn,
Spaanse margrieten, vergeetmenietjes,
bieslook, hij knot de wilgen
schildert 's avonds zijn stilte.
Zelfs de sering oogt anders dit jaar
en alle trommels en bijen
de huisdieren zwijgen
er kraait een vroege haan,
de vorige is vermoord.
Ik ben stoffer en blik.…