ze zat soms stil in haar keuken
bezig haar tranen te versnijden
in plakken stromende vloeistof
kronkelend nog op de snijplank
verder snijdend, steeds kleiner
fijner snijdend de pijn van zijn
mijn blik op haar, haar blik op mij
elkaars blikken, elkaars blozen
ze glimlachte om de flinterdunne
brokjes traan, klevend aan metaal
en met…
je wast jouw handen
haren in een wrong
speeksel welt achter tanden
alles geschikt op het aanrecht
van snijplank tot theelepel
je bent aan frullen gehecht
het schilmes schraapt
zaadjes uit de paprika
de ui fruit in sissende olie
je roert gehakt met een vork
rul en grijs in de pan
nog wat ontvelde tomaten
het laurierblad mag niet…