Zo moet het zijn: het tedere geweld
Van ceders in september, kopergroen
Als wachters in gelid, die heel het bos
Behoeden voor wat schuilt en spiedt en dreigt
Maar beuken zijn het: neigend naar het veld
En reikend naar de lucht, een legioen
Van overmoed dat zonder blik of blos
Ons voorhoudt dat het eeuwen overstijgt
En in oktobers late…
Er was een droom van duizend mooie jongens
Op witte paarden rijdend door de nacht
Met wapperende zachtfluwelen kleren
Ze hadden heel het leven in hun macht
De aarde draaide door hun galopperen
En waar zij reden, werd het nooit meer licht.
Hun schoonheid was alleen nog te bezweren
Door ’t magisch ritueel van een gedicht:
Er was een droom…