Het zeewater stroomt mij door de aderen,
dat weet ik zeker.
Ooit was ik in een vorig leven commandant van
het gepantserde ramtorenschip De Buffel.
Ontelbare keren stond ik er op het dek
meedogenloos bevelen schreeuwend
naar de bemanning om een vijandelijk schip
onder de waterlijk goed lek te stoten.
Ook al ligt het schip nu voor eeuwig…
Dat dof rollende geluid van koerende duiven in
de zomermorgen.
Daar is de uitbouw waar hij vroeger sliep,
met uitzicht op de binnenplaats.
Gelijktijdig hoort hij weer het ruisen van de bomen,
het krolse miauwen van katten, en boven dit alles uit
de verliefde doffers,
Vader (dood) schreeuwt bevelen tegen de honden,
moeder (overleden) maalt…