inloggen

Gedichten

gedicht (nr. 3.418):

In het dier

Ik klim in de boom voor het uitzicht
een hert komt naderbij om ons te warmen.
We spreken hem toe over de stad, buiten de greep van de bladeren.
De ogen van het dier openen zich in een weg naar elders
we lopen naar binnen het is warm en behaaglijk en zoveel instinct.
Mijn man klikt in een poot en begint op en neer, op en neer, en krom en recht, en krom en recht zoveel beweging in mijn man.
Het dier accepteert gelaten.
Ik loop verder richting hersens, altijd zo gedachtengeoriënteerd.
Ik kom terecht in een ijle substantie.
Ik zie hier de varianten van het dier. Kortpotig of juist
lang, met of zonder hoorns, verlengde tong, ingegroeide hoeven de
mogelijkheden zijn eindeloos.
het dier gorgelt.
Te lang ronddraven is nooit goed dus glijd ik weer naar
beneden waar mij man inmiddels in de staart de lucht rond het dier
circuleert.
Mijn man is zo speels het verwondert mij.
We lopen eruit. Het dier schudt zich.
We aaien zijn rug en keren weer terug naar de auto

----------------------
uit: 'Vonkt', 2014.

Schrijver: Marije Langelaar
Inzender: bg, 4 september 2017


Geplaatst in de categorie: individu

3.0 met 2 stemmen aantal keer bekeken 1.245

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)