gejaagd door de herfst
zij lopen met een driedubbelloopsgeweer
door de bossen te struinen
paddenstoelen, mossen, oude bloemschermen
worden vertrapt, een houtsnip drukt zich
de zon vergezelt het spieden door spelonken
stuurt zijn bundels licht in spreidstand
tussen het vergankelijke beukenbos
geen dier veroert zich, takken zwijgen
waar de vorst geweest is breken bladeren
transparante blikken met een wit randje
een schot galmt door het woud, bloed stolt
angstig is het hol, het nest en de nacht
ik bespied een egel, zijn harnas overeind
stil is de morgen, vredig en strijklicht
valt door de schamele bladeren op de humus
leven krioelt, mezen roepen een nieuwe cantate
Geplaatst in de categorie: actualiteit
beginnen met een geweer en eindigen in een cantate