NON
Toledo 1934
Tussen de kloosterzaal en de kathedraal
was een dubbel getralied hek
en achter dat hek zat die non.
zij had haast geen tand meer in haar mond,
haar huid was geel, haar blik ongezond,
zij was niet wijs en niet gek.
en het leek of zij geen spaans verstond,
want op iedere vraag kwam hetzelfde verhaal
half huilend haast door dat hek:
‘ik ben hier al drie en vijftig jaar,
ik ben hier al drie en vijftig jaar,
en ik kom hier nooit meer vandaan.’
maar toen ik zei: ‘kom, laten wij gaan,
want dat mens is gek’,
toen keek zij ons plotseling aan met een blik,
alsof er geen God in de hemel bestond
en zij graag haar zaligheid prijs had gegeven
om aan deze kant van dat hek te staan
en één uur door dit helse leven te gaan.
Derde periode XII (1936-1937)
Schrijver: Hendrik MarsmanInzender: Redactie, 11 juli 2023
Geplaatst in de categorie: individu