Solus in aedibus amoris *
Daar steekt de nacht op en de zwarte wind -
En open vind
Ik als mijn eigen
Uw woning wier beveiligd zwijgen
Me omvat als een verloren kind?
In schemerdonker doofden uit gezicht
De ogen wier licht
Mij trok de diepe steile wegen
Naar dit hoog huis van dagelichte zegen
En sterreheldre plicht.
Hoe keer ik na zo rijk begin
Arm tot u in
Naar mijn klein erfdeel onder uwe zonen:
't Is beter, Liefde, alleen bij u te wonen
Dan in der mensen liefdeloos gezin.
Hier kan ik aadmen waar de oneindigheid
Alom zich breidt
Tot levengolvend plein dat alzijds heemlen vloeien,
Eén zee van onrust onder 't roerloos bloeien
Der sterrenflonkrende eeuwigheid.
Hier naar de stilten van uw troon
Stijgt in éen toon
't Veelstemmig wee dat bruist in de aardse holten;
En elk gelaat dat tot u opziet uit de volten,
Is ogenbliklijk schoon.
Hier ook gaat om door tijds verstarde nood
Het spel van morgenrood
En dag en nacht en avond in zo glorierijk bewegen,
Dat hier alleen een ziel ontwaken kan en zeggen:
Een uur geleden sloeg de dood!
-----------------------------------------------------
* Alleen in het huis van de liefde
Stemmen
Schrijver: P.C. BoutensInzender: Redactie, 17 juli 2007
Geplaatst in de categorie: liefde