inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1847 - 1939

poëzie (nr. 4.103):

Bloemenslaap

Waar bleven de bloemekens blank en bont?
Ze slapen nu zacht in de duistere grond,
Een deken van sneeuw heeft ze toegedekt;
Wees stil nu, dat niemand de bloemkens wekt.
Straks komt met de lente de warmte weer,
Dan gaat door de velden de Lieveheer,
Neemt zachtjes het dekentje weg en zeit:
Kom, kinderkens, op! het is bloeienstijd.
Dan komen de kopkens snel uit de grond
En kijken met open oogskens rond.

Kindergedichten (1914)

Schrijver: G.W. Lovendaal
Inzender: Redactie, 3 december 2020


Geplaatst in de categorie: natuur

3.0 met 7 stemmen aantal keer bekeken 1.899

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)