inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1829-1861

poëzie (nr. 3.685):

Het liedje van verlangen

Een knaapje leunt aan moeders schoot
Vol slaap de knippende ogen,
En houdt zich wakker, taai en groot,
Met knikkebollend pogen.
Hij's bang in 't donker, bang alleen;
Hij wil niet heen,
Blijft talmen, treuz'len, hangen.
Het dwaze jonkske dwingt,
En zingt
Een liedje van verlangen.

Reeds half het offer van de dood,
In dorre levensgaarde,
Bukt zich een grijsaard naar de schoot
Der trouwe moederaarde.
Maar zeg hem niet: 't is tijd van rust!
Schoon afgeleefd in iedre lust,
Hij hunkert nog te blijven:
Hij zucht en hijgt, maar juicht en lacht,
Hij leeft slechts om, met kunst en kracht,
De doodslaap te verdrijven.
Hij's bang in 't donker - bang alleen;
Hij wil niet heen,
Blijft meedoen, beuz'len, hangen.
De dwaze grijsaard dwingt,
En zingt
Een liedje van verlangen.

De Dichtwerken (1868)

Schrijver: P.A. de Génestet
Inzender: Redactie, 11 september 2019


Geplaatst in de categorie: tijd

2.0 met 15 stemmen aantal keer bekeken 2.567

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)