Liefdesgeur in de dingen
Zó dierbaar zijn de dingen mij geworden,
waarin herinnering is opgehoopt:
het huisraad, het gerei, de klok die loopt
door het bestel der langgewende orde; -
zó vertederd verwijlt blik en gedachte
bij hun gedienstige gestaltenis,
dat ik soms twijfel: werden zij tot machten
waartussen de ziel zèlf gekluisterd is?
Maar neen, ik weet: alléén omdat zij vingen
de lange straal van liefdes licht aanschijn,
is 't, dat gedachte en blik de stomme dingen
liefkozen, of zij levende wezens zijn.
Tot geen afgod werd mij hun lijflijkheid,
maar zij zoog in zó zoete liefdesgeuren
dat uit hen àl het liefst en zoetst gebeuren
mijns levens opstaat, en zich om mij vleit.
Inzender: Redactie, 8 oktober 2019
Geplaatst in de categorie: ex-liefde