inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1856 - 1880

poëzie (nr. 1.490):

HUWELJKSDICHTJE

In het midden van de feeste,
van het spelen en 't gezang,
't vlugge klappen, 't vrolijk lachen
en der bekers hel geklang,
Schouwende over 't levend feestmaal
zit de blanke Poëzij,
en 't gemoed vol zoet bewonderen,
kijkt en zwijgt en mijmert zij.
Zij bewondert 't werk des Heren
die, wanneer de Mens daar stond,
nieuw geschapen, sprak: "Niet eenzaam
weze hij," en die slaap hem zond,
Wondre slaap wiens heime werking
uit de man de vrouwe baart,
en tot één harmonisch wezen
macht en zoete teerheid paart.
Zij bewondert 't werk des Heren
die gedurig herwaarts zendt
zielen voor elkaar geboren
en - de kracht van 't Sacrament.
En zij spreekt: "Gij nieuw Getrouwden,
wil onthouden deze dag
die bij 't trouwen u zo zalig
op elkanderen lachen zag;"
En ten hemel stijgt haar bede:
"Heer, dat zij in trouwe en vrede
lange jaren slijten samen."
Zeg daarop nu allen: "Amen."

Schrijver: Albrecht Rodenbach
Inzender: Redactie, 12 september 2010


Geplaatst in de categorie: huwelijk

3.0 met 9 stemmen aantal keer bekeken 1.152

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)