inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1830-1899

poëzie (nr. 42):

‘K BEN TEGENWOORDIG OVERROMPELD (1869)

'k Ben tegenwoordig overrompeld
van menig kruis en hertverdriet,
en ‘t geen mij in de ellende dompelt,
is dat niet één mijn kruisen ziet.
Ik ga mijn vrienden al te rade
die ik nog peize vriend te zijn,
en ‘k vinde niet dan ongenade,
dan hertverdriet, dan hertepijn.
Lijk eertijds Job spreek ik voorzichtig,
van al hetgene mij betreft,
maar iedereen die vindt mij plichtig,
om dat een zweerd mijn herte treft.
Welnu van elk-end-een verlaten,
waar kan ik toch nu beter gaan,
als naar het kruis waar de soldaten
mijn Jezus hebben aangedaan?
‘t Is daar da ‘k mijnen troost zal zoeken,
en vinden ook, verhoop ik toch,
het kruis zal mijnen moed verkloeken,
om voort te lijden moet ik nog.
Vergeef hun, Heer, die mij vervolgen,
zij weten toch niet wat zij doen,
en laat mij uw geduld navolgen,
het zal mij dienen tot ransoen.

't Jaer 30(1869)

Schrijver: Guido Gezelle
Inzender: JLH, 5 januari 2002


Geplaatst in de categorie: eenzaamheid

3.0 met 33 stemmen aantal keer bekeken 2.494

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)