De leugen
Lieve, lieve, lepe leugen
Zij eerbiediglijk gegroet,
Met je vlijmgeslepen degen
En je bont gepluimde hoed!
Markies van ‘t fatsoen
Met je adelijk blazoen,
Cavalier van ‘t banket,
Troubadour van ‘t salet,
Gevreesde lansier van het wereldtoernooi,
Ik buig mij voor u in mijn nederigste plooi.
Lieve, lieve, lepe leugen
Je bent mijn redder in de nood,
‘k Bewonder al je kronkelwegen,
Je bent een waarlijk sluw despoot!
Je regeert de kritiek,
Commandeert het publiek,
‘t Gezag en de kerk
Geeft je handen vol werk;
Ik zie, waar de liefde haar intrede doet,
Je schaduw, die sluipend haar volgt op de voet.
O, jou goudgespoorde leugen,
Waarom rijd je in zo’n vaart
Op een ezel langs de wegen,
Waarom niet als een held te paard?
Je schijnt zo gerust,
Zo zegebewust;
Leugen, pas op,
‘k Zie een paard in galop;
Een dappere ridder met open vizier
Zwaait boven je hoofd reeds zijn vorstelijk banier!
Arme, arme, dwaze leugen,
Dat ik jou zo vinden moest,
Met je vlijmgeslepen degen
Kromgebogen en verroest!
O, schitterende held
Door de waarheid geveld,
Geknechte vazal,
Zet je ezel op stal!
Een ieder, wiens eigenlijke lieveling je bent,
Doet plotseling, alsof hij je nooit heeft gekend.
Inzender: adm, 16 april 2012
Geplaatst in de categorie: algemeen