Levenslust
Men staakt het sombre treuren,
wanneer de lente zingt,
en als met ‘t bloemengeuren,
de hoop in ‘t harte dringt.
Naar ‘t dorpke trekt de jongen
zo fris, zo welgezind;
daar komt hem toegesprongen
een blozend boerenkind.
Ter stede komt het meisje,
zij zoekt haar huisgerief;
maar vindt ook menig meisje
een flinke hartendief.
Zo toont zich, naar gewendte,
de zoele levenslust,
wanneer de gulle lente
de harten wakker kust.
Inzender: Redactie, 2 mei 2013
Geplaatst in de categorie: jaargetijden