Grijs landschap
Het landschap ligt, een droom zo onbewogen,
Door't ijle floers van dampen overtogen.
De dag is stil en fijne regen leekt
Wiens zoete ruising vage treurnis kweekt.
De bomen staan ontloverd en gebogen,
Hun zwarte takken grillig voor de hoge
En strakke hemel die, tot grijs verbleekt,
Geen milde zon of troost van blauwte breekt.
En hier en daar scheemren de lage daken,
Wier heerlijk rood fel en ondoofbaar praalt,
Als kleurge vlekken in het grauw verdwaald.
En zacht: het doet een mijmering ontwaken
Naar zoelte en jeugdig groen en broze fleur
En wuivend gras en tere bloesemgeur.
Gedichten (1922)
Schrijver: Johan DanserInzender: adm, 15 november 2013
Geplaatst in de categorie: jaargetijden