inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1855 - 1916

poëzie (nr. 2.296):

Ieder uur van mijmering

Ieder uur van mijmering over je goedheid,
Zo vanzelfsprekend grondeloos,
Smelt ik weg in gebeden naar jou.

Zo laat ben ik gekomen
Naar de tederheid van je blik,
En van zo ver naar je uitgestrekte handen,
Stilletjes, doorheen ruimte en tijd.

Ik had in mij zoveel weerbarstig roest
Dat uit mij wegvrat, met gulzige tanden,
Het vertrouwen.

Ik was zo loom, ik was zo moe,
Ik was van wantrouwen zo oud,
Ik was zo loom, ik was zo moe
Van het dwaalspoor van al mijn passen.

Zo weinig verdiende ik de wondere vreugde
Van je voeten die mijn weg verlichten,
Dat ik er nog van sidder, in tranen haast,
En voortaan nederig blijf, nabij zoveel geluk.

---------------------------------------------
Vertaling: Julien De Mey.

Les Heures Claires, 1896.

Schrijver: Emile Verhaeren
Inzender: Redactie, 30 januari 2014


Geplaatst in de categorie: liefde

4.0 met 4 stemmen aantal keer bekeken 2.038

Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
uma
Datum:
30 januari 2014
bravo

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)