Oktobervijver.
Zijn 't waterleeljen door de wind bewogen?
Zijn 't blanke bloemen van magnolia?
Of pluimen wit, de vleugelen ontvlogen
Van vlottende engle' in blauwe hemelwâ?
Zijn 't vlokken sneeuw uit puur-azuren hoogen
Oktoberhemel, kondende ongenâ
Van wufte koning Herfst en wordt nu logen
't Beloofde heil, dat leek mijn hoop zó na?
Op 't weekgeplooide groenfluweelen water
Zwemt zoetjes áan een sneeuwblanke eendengroep
En ploegt een lange zilvervoor. - Eén laat er
Plots vleugelkleppend los de blanke troep
En drijft alleen. - En 'k ril van 't schril gesnater,
De stilt' doortrillende als een weeëroep.
De Gids, jaargang 68 (1904)
Schrijver: Helene SwarthInzender: Redactie, 10 oktober 2014
Geplaatst in de categorie: jaargetijden