O lippen...
O lippen, rood als rozen en frambozen,
Die, kussen ademend, om kussen vragen!
O krachtige armen, die mij, moede, kozen
Om veilig door 't vijandig Zijn te dragen!
O donkere ogen, zachte grondeloze
ogen, zó rein als nooit mijn ogen zagen,
Ogen, waarin geen sprank is uit den Boze,
Maar waar Gods englen d'eigen blik in wagen!
O jong glad voorhoofd, geestdriftvol en edel,
Omkranst van blijde zijden kroezellokken,
Zwart aureool om lichten dichterschedel!
O stem, die me in uw armen wist te lokken,
Zo roerend zoet als 't nachtlied van een vedel,
Zo heimweevol als klank van avondklokken!
de Gids (1893)
Schrijver: Helene SwarthInzender: Redactie, 12 maart 2016
Geplaatst in de categorie: idool