inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1830-1899

poëzie (nr. 3.267):

WINTERMUGGEN

De wintermuggen zijn
aan 't dansen, ommentomme,
zo wit als muldersmeel,
zo wit als molkenblomme.

Ze varen hoge, in 't vloe;
ze dalen diepe, in de ebbe;
ze weven, heen en weer,
hun witte winterwebbe.

Hun winterwebbe zal,
dat lijnwaad zonder vlekken,
de zuiverlijke schoot
van moeder Aarde dekken.

Ze ligt in heure slaap,
ze droomt de schuldeloze,
de maagdelijke droom
van nieuwe lenterozen.

Ze ligt in heure slaap,
ze droomt de wonderbare,
de liefelijke droom
van 's zomers harpenaren.

Ze ligt in heure droom,
ze droomt van overvloed en
van voorspoed overal,
om vee en volk te voeden.

'n Wekt ze niet, 'n laat
heur geen geruchte dwingen,
om, al te schier ontwekt,
uit heure slaap te springen!

Daar ligt ze nu en rust:
heur zwijgend beddelaken,
de wintermuggen spree'n 't,
die geen geruchte en maken.

Ze draaien op en af
en af en op en omme,
zo wit als melk, als meel,
als molke en runselblomme.

1896

Schrijver: Guido Gezelle
Inzender: Redactie, 21 november 2017


Geplaatst in de categorie: dieren

3.0 met 4 stemmen aantal keer bekeken 1.393

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)