inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1863-1923

poëzie (nr. 4.199):

MAAR 'T ALLERZOETST ...

Mijn kunst is als een fijn-geslepen kelk
Van klaar kristal, waarin een purpren wijn
Als vol robijnen fonkelt .... Zie, wanneer
Mijn lippen, laafziek, licht de rand van 't glas
Beroeren, koost de smaak mij als een kus ...
Nog zoeter dan zijn smaak is mij de aroom
Des wijns, wen ze, als de geur dier rode bloem,
Aan 't glas ontwelt, en mij bezwijmlen wil ...
Maar 't allerzoetst is mij die beker, zo
Daar, siddrend, drupplen lichts in trillen ... Dan
Beroer ik niet mijn glas, en staar het toe,
En smacht het tegen, en geniet, geniet
Meer in mijn wensen, dan voldoening 't nooit
Verlangensmoê gemoed ooit geven zou ...

Zo is mijn kunst, wanneer ik, zwakke, schep,
Een ander in zijn schepping nageniet,
Of, scheppingloos, in onmacht me vermijmer ....

Orchideeën(1886)

Schrijver: Louis Couperus
Inzender: Redactie, 13 maart 2021


Geplaatst in de categorie: kunst

3.0 met 16 stemmen aantal keer bekeken 6.213

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)