inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1861 - 1933

poëzie (nr. 4.731):

Oktober

O luchten-goud, o groen van 't woud, o verven,
Die, in een laatste opglooiing van de aard,
Van al het schoonst des zomers, lang gegaard,
Een tooi hem toverdet, tot zacht versterven,

Wat was mij nu nog al uw licht-schijn waard,
Nu ik die teerste aanwezigheid moest derven?
Hoe taandet ge al, gij, die aanwezig waart,
Bij wat mij Eén, van ver nog, liet verwerven:

De donkre blik, mij volgend overal,
Maar lichter toch dan 't goud op gouden blaren;

Erinnering aan zachter haren val,
Verdoffend de' inn'ge glans op bruine blaren.

Schrijver: Hein Boeken
Inzender: Redactie, 1 oktober 2022


Geplaatst in de categorie: natuur

2.0 met 74 stemmen aantal keer bekeken 9.408

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)